In vogelvlucht : De fuut
Zondag 29 juli 2012BIDDINGHUIZEN - De fuut is een opvallende verschijning in vogelland. Niet alleen vanwege het prachtige verenkleed, de jongen met zebrastrepen, de prachtige baltsrituelen of andere interessante gedragingen.
Futen zijn sterk gebonden aan zoete wateren in vooral de lage delen van Nederland, al komen ze ook buiten dit gebied regelmatig voor.
De fuut is bij ons een vrij algemene broedvogel maar ook als doortrekker en wintergast vrij algemeen. Er zijn futen die er voor kiezen om tijdens het winterseizoen met de vorstgrens mee te trekken richting het zuiden. Het gros van de soort blijft echter in Nederland; zij trekken dan naar de Zeeuwse delta, het IJsselmeer en locaties waar door industriële activiteiten verwarmd koelwater wordt geloosd. Deze wateren bevriezen niet en hier kunnen soms vele futen - en andere watervogels - bij elkaar worden aangetroffen.
In het voorjaar wordt er een nest gemaakt, dit bestaat veelal uit materiaal van waterplanten. Er worden meestal 3-4 eieren gelegd. De broedtijd varieert van maart t/m juni en soms wordt er een tweede legsel gelegd.
De jongen lijken in geen geval op hun ouders. Met hun zebrastrepen zien ze er wel grappig uit. Vaak liften ze mee op de rug van één van de ouders terwijl de andere op jacht gaat. Maar het komt ook wel eens voor de ze tijdens de lift ook mee gaan tijdens het onderwater duiken.
Het mee liften doen ze omdat ze dan beter beschermd zijn tegen roofvissen en reigers. Het menu voor de jonge futen bestaat veelal uit kleine visje en insecten.
De fuut, het blijft een fascinerende vogel en dan met name de jongen die meeliften en bescherming zoeken in het verenpakket van één van de oudere futen. Afgelopen tijd heb ik dit kunnen aanschouwen en vastleggen. Het vergde wel wat geduld en tijd maar uiteindelijk is het toch gelukt.
Dick van de Graaf