In vogelvlucht: de treurwilg

In Biddinghuizen staan op diverse markante plekken bijzondere bomen, zo staan er groepen met populieren bij de invalswegen van het dorp. Op verschillende plekken staan solitaire bomen die tot een volwassen eindbeeld kunnen groeien en op een aantal plekken groeien treurwilgen. In het Noaberpark zijn tijdens de aanleg van het park rijen met elzen en lindenbomen aangeplant en aan de waterzijde staan een aantal treurwilgen.


Wilgen zijn de meest algemene en kenmerkende bomen en struiken van onze oorspronkelijke natte en moerassige delta. Wilgen zijn er in vele soorten en vormen, van kruipwilgen in de duinen tot de grote wilgen in de ooibossen. Wilgen bieden voedsel aan een groot aantal insecten. Er kunnen wel 450 soorten insecten in en rondom een wilgenboom voortkomen. De voedselrijke schors herbergt vele soorten mossen en korstmossen.

Van oudsher worden wilgen als knotwilg, hakhout en opgaande bomen in grienden in het landschap geplant. Wilgenhout is het meest geschikte hout voor klompen. In deze tijd wordt het hout vooral gebruikt voor vlechtwerken van tuinafscheidingen en beschermingsmatten en zinkstukken voor waterkeringen. Bladeren en jonge twijgen zijn goed veevoer. Vroeger werd de werkzame stof salicine uit de wilgenbast gewonnen en als aspirine gebruikt. Tegenwoordig wordt het chemisch gemaakt.


De treurwilgen die in het Naoberpark zijn aangeplant kunnen hier uitgroeien tot een volwassen eindbeeld. De bomen kunnen 20 meter hoog worden, de takken zijn helder geel en hangen omlaag. Het zijn prachtige bomen die echter wel wat plaats innemen maar dat is hier niet direct een probleem.

Dick van de Graaf