'Twee vechtende eekhoorntjes' is een grappig prentenboek met een wijze les: waarom ruziemaken als je ook samen kunt delen? De eekhoorntjes Eduard en Reinier zijn druk bezig hun wintervoorraad aan te leggen en hebben allebei hun oog laten vallen op de állerlaatste dennenappel in het bos. In het spannende gevecht dat volgt gaan de eekhoorntjes zelfs zo ver dat ze hun eigen leven in gevaar brengen om de dennenappel te bemachtigen. Dat kan nooit goed gaan...
Dit boek is een collectieve autobiografie van onze tijd. Het vertelt het verhaal over de periode 1941-2006 door de lens van het geheugen, van tegenwoordige en herinnerde indrukken, culturele gewoonten, taal, foto’s, boeken, liedjes, radio, televisie, reclame en krantenkoppen.
Annie Ernaux slaagt erin een vorm te vinden die zowel subjectief als onpersoonlijk, particulier als collectief is, een nieuw genre in feite, dat beoogt het verleden te vangen. Als vermenging van autobiografische fictie en sociologie is De jaren ‘een Op zoek naar de verloren tijd van ons tijdperk van mediadominantie en consumentisme’ (The New York Times), een monumentale bijdrage aan de twintigste-eeuwse Franse geschiedenis zoals weerspiegeld in het leven van één vrouw.
Ruzie in het Heerlijke Hartenwoud?! De NEEhoorn zegt nog steeds NEE en hij heeft ruzie met de WELLES-prinses. Alleen… weten ze allebei niet meer waarover het gaat. Als de KUS-m’n-KONT-hond het allemaal wel even denkt op te lossen, wordt het de NEEhoorn te veel en gaat hij ervandoor. Na een lange wandeling belandt hij in de dichte, donkere jungle waar de Slangzaam zich ontiegelijk aan een tak hangt te vervelen. Welk avontuur de NEEhoorn ook voorstelt, de Slangzaam heeft er geen sssin in…
De poezelige NEEhoorn en zijn vrienden zijn terug! Ontmoet in dit vrolijke vervolg van De NEEhoorn nieuwe dieren, waaronder de verveelde Slangzaam. Een nieuw, grappig verhaal van Marc-Uwe Kling om voor te lezen, nog eens voor te lezen, te lachen en te ontdekken. Prachtig geïllustreerd door Astrid Henn en met wederom een spitsvondige vertaling van Jaap Robben.
Een volledige, spannende en onthutsende reconstructie *****
Op 4 oktober 1992 stort een Israëlische vrachtjumbo neer in de Amsterdamse Bijlmer, boven op de flats Groeneveen en Klein Kruitberg. Er zijn 43 doden. Al snel wordt het Trouw-journalist Vincent Dekker duidelijk dat de overheid, en vooral de Rijksluchtvaartdienst, veel feiten over de ramp verzwijgt, ontkent of zelfs verdraait. In de vele primeurs die volgen meldt hij hoe Schiphol door watersporters is gewaarschuwd, waarom agenten en brandweerlieden het toestel op plaatsen hebben gezien waar het volgens de RLD niet is geweest, dat de El Al-machine duizenden kilo’s gevaarlijke chemicaliën aan boord had en hoe geheimzinnige mannen in witte pakken de nacht na de ramp veel materiaal ongezien hebben afgevoerd.
Bijlmer-bewoners en hulpverleners krijgen na de ramp gezondheidsklachten. Kamerleden krijgen de onderste steen niet boven. Ook de parlementaire enquête uit 1998-1999 levert geen eenduidig beeld op. In 2017 krijgt Vincent Dekker de verbijsterende notulen van de ministerraadsvergaderingen ten tijde van de ramp onder ogen.
"Going down, going down…" bevat een onthullende reconstructie van de Bijlmerramp, geschreven door de journalist die al dertig jaar boven op de zaak zit.
VINCENT DEKKER (1951) werkte dertig jaar bij TROUW. Blogt nu al tien jaar over duurzame energie. Houdt zich nog altijd bezig met het ontrafelen van alle mysteries rond de Bijlmerramp.
Egalus gaat over een rommel-prikkende egel, die de kinderen laat beseffen hoe wondermooi en waardevol de natuur is. Dat past perfect bij het thema van de Kinderboekenweek: Gi-ga-groen. De voorstelling is gebaseerd op het gelijknamige prentenboek van illustrator Marije Tolman.
Terwijl het buiten stil en koud is, vertelt opa Egel zijn kleinzoon over de Sjeestijd, toen het in de wereld nog een drukte van jewelste was. Niemand had tijd om stil te staan. Alles en iedereen moest hoger, sneller, dieper, verder, langer, korter, kleiner, groter, groter, groter!
Alleen Egalus deed er niet aan mee. Hij stond het liefste stil. Hij hield van het geluid van de wind die tussen zijn stekels waaide. De warmte van de zon op zijn zwarte natte neus. En het gekraak van zand onder zijn blote pootjes. Iedere dag prikte hij het bos schoon. Maar steeds vaker als het bos schoon was, lagen de duinen weer vol. En als de duinen leeg waren, lag het strand weer vol.
Egalus prikte en prikte. Maar op een koude dag kon hij de rommel niet meer dragen. Boem! En toen stond alles stil…
Terwijl Egalus uitgeput in slaap valt, beseffen de dieren dat het zo niet langer kan. En wanneer hij na een lange winterslaap wakker wordt, ziet de wereld er heel anders uit!
Nederlanders redden zich altijd wel uit een crisis. Ze worstelden en kwamen boven. Ze hielpen elkaar of werden er weer bovenop geholpen door Vadertje Staat. Maar tegenwoordig lijken er steeds meer burgers te twijfelen aan die uitgestoken hand. Wil de staat ons wel redden, is het geen verkapte onderdrukking?
Historisch gezien is dat wantrouwen een nieuwe ontwikkeling. Eeuwenlang was er helemaal geen overheid en waren we op elkaar aangewezen. Pas met de komst van het koninkrijk in de negentiende eeuw en nieuwe wetten rondom volksgezondheid, rampbestrijding en crisisbeheersing nam de overheid die taken van de burger over. In de loop van de twintigste eeuw werd de rampbestrijding steeds complexer. Of het nu om treinongelukken ging, terroristische aanslagen, overstromingen of rampen zoals de Bijlmerramp en MH17, de overheid probeerde van eerdere crises te leren en nieuwe steeds professioneler te beheersen. Tegelijkertijd namen de verwachtingen, de kritiek en de achterdocht van de burgers toe.
Crisis! schetst die historische ontwikkeling en concludeert: is het niet tijd voor een nieuw besef van crisisbeheersing?
Beatrice De Graaf (1976) is historicus en faculteitshoogleraar Geesteswetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Ze onderzoekt de geschiedenis van terrorisme, oorlog en geweld. Ze treedt regelmatig op als terrorisme-expert en publiceerde recent onder meer Tegen de terreur en Radicale verlossing. In 2018 werd haar werk bekroond met de hoogste Nederlandse wetenschappelijke onderscheiding, de Stevinpremie.
Spannend, geheimzinnig, geestig en ontroerend: dit boek heeft alles om je naar een compleet andere wereld te voeren en je daar totaal in de ban te houden!
Op dezelfde dag dat Cato ter wereld kwam, heeft haar moeder die verlaten. Cato’s vader is sindsdien altijd afwezig, ook al zit hij gewoon tegenover zijn dochter aan tafel. Cato heeft zich er inmiddels bij neergelegd. Denkt ze.
Wanneer ze thuis een geheimzinnig kaartje vindt van een verlaten bioscoop en ontdekt dat deze weer open is, besluit Cato er een kijkje te gaan nemen. Al snel ontdekt ze dat er iets vreemds met de bioscoop aan de hand is, en dat het geen gewone films zijn die er draaien. De bioscoop lijkt in verbinding te staan met het verleden.
Op zoek naar avontuur en de waarheid over haar moeder, wordt Cato meegesleurd op een gevaarlijke reis door tijd en herinneringen, recht naar een plek diep in haar hart. Een plek die ze altijd voor zichzelf verborgen had weten te houden. Tot ze voor een keuze staat die het leven van haar en haar vader voorgoed zal veranderen.
Het langverwachte nieuwe deel in de Erika Foster-serie van bestsellerauteur Robert Bryndza Erika Foster hoort tijdens een avondwandeling in de buurt van haar nieuwe appartement een vrouw gillen. Ze heeft zojuist het lijk van haar zus aangetroffen, die op brute wijze is vermoord. Het blijkt Vicky Clarke te zijn, een actrice met een eigen true crime-podcast. Erika wordt op de zaak gezet en ontdekt dat alle documenten over de podcast weg zijn. Ze probeert erachter te komen wat Vicky mogelijk wist over haar moordenaar. Maar dan blijkt dat het lichaam fout geïdentificeerd is: het is niet Vicky, maar een coassistent die in hetzelfde gebouw woonde. Erika leidt nu naast een moordzaak ook een vermissingszaak en moet Vicky vinden, voordat de moordenaar dat doet. In de pers ‘Opnieuw alle ingrediënten van een bloedstollende thriller, met vaart geschreven en klaar om verfilmd te worden.’ NBD Biblion ‘Een topthriller die je via onverwachte wendingen meevoert naar een verrassend einde.’ Margriet ‘Bryndza leest altijd als een trein.’ VN Detective & Thrillergids
Sommigen mensen worden geboren met een spraakgebrek of een hazenlip. Anderen hebben minder geluk. Zij worden geboren met de liefde voor Feyenoord.
Michel van Egmond en Martijn Krabbendam volgen Feyenoord al tientallen jaren op de voet. In Lourdes aan de Maas doen ze op indringende wijze verslag van het wel en wee in De Kuip en proberen ze antwoord te vinden op de vraag wat Feyenoord nu precies Feyenoord maakt. Waarom is Feyenoord de meest emotionele club van Nederland? Wat is Feyenoord eigenlijk precies? En hoe komt het dat de club zo ontzettend veel betekent, voor zo ontzettend veel mensen? In Lourdes aan de Maas bieden Van Egmond en Krabbendam een blik achter de schermen bij het Feyenoord van nu, maar brengen tegelijkertijd een ode aan het rijke verleden van de club. Tussendoor schetsen ze een biografisch portret van oer-Feyenoorder Fred Blankemeijer, decennialang het geweten van de club.